Maakt het hoeveelheid pigment uit hoe we elkaar zien en behandelen? Het antwoord op deze vraag is ja! Racisme en discriminatie komt overal voor en heeft verschillende uitingen.
Uit het onderzoek van SCP1 blijkt dat ruim een kwart (27%) van de Nederlanders discriminatie ervaart. Vooral op het gebied van onderwijs en arbeidsmarkt. Cijfers waar we serieus iets mee moeten, want de gevolgen van discriminatie zijn groot: mensen kunnen zich terugtrekken uit de samenleving, het vertrouwen verliezen in instituties of afhaken als het om onderwijs of werk zoeken gaat. Want iedereen wil meedoen en van toegevoegde waarde zijn.
Ook ik heb discriminatie ervaren, op allerlei vlakken. Mijn eerste jaar op de middelbare school, ik zat op schakelklas havo/vmbo-t. Vrijwel alle docenten gingen ervanuit dat ik havo niet ging halen. Niet altijd gebaseerd op mijn cijfers, want ik had klasgenootjes die dezelfde cijfers hadden, die kregen een positief advies. Het was eerder dat ik de Nederlandse taal onvoldoende beheerste en dat het toch echt beter voor me was om een niveau lager te zitten. Er was zelden vertrouwen. Ik werd vaak onderschat. En dat maakte me verdrietig, maar tegelijkertijd strijdlustig, want ik zal ze eens bewijzen wat ik in mijn mars heb. Het heeft me veel gebracht. Maar tegelijkertijd zou het niet nodig moeten zijn. Docenten horen te motiveren en je uit te dagen. Er is niets mis met vmbo-t, maar het moet bij je passen.
Ook op mijn eerste bijbaantje, een oudere collega weigerde mijn naam te zeggen, omdat het een ‘moeilijke’ naam was. Ik werd door haar ‘meisje’ genoemd. Dat had ze voor me bepaald. Nou, daar ging mijn identiteit als 15 jarige, die er echt heel graag erbij wilde horen.
Een beetje interesse en een open houding lost al veel op. Laten we niet bang zijn voor het onbekende. Want het hoeveelheid piment zou niet moeten uitmaken hoe we elkaar behandelen, wij zijn allemaal mensen.