Door de gestegen prijzen voor energie en boodschappen komen steeds meer mensen in de knel. Het kabinet zegt op korte termijn niet veel te kunnen doen en verwijst naar de gemeenten. Kunnen zij de last verlichten? ‘Je kunt niet iedere gemeente vragen zelf het wiel uit te vinden. De seinen staan op rood. Het Centraal Planbureau meldde deze maand dat bijna 1 op de 10 kinderen in armoede zal opgroeien. Het Nibud krijgt intussen steeds meer berichten van mensen die financieel in de knel zitten, maar nergens terecht kunnen voor hulp. Het kabinet heeft € 300 miljoen uitgetrokken voor energiebesparende maatregelen voor de laagste inkomens. Op de vraag of het kabinet nu iets voor hen kan betekenen verwees premier Rutte op de wekelijkse persconferentie van 19 augustus naar gemeenten: “Er is altijd ruimte bij gemeenten, zij kunnen maatwerk bieden via de bijzondere bijstand. Onze sociale diensten behoren tot de crème de la crème.” Prachtig compliment, maar wat kunnen we als gemeente nog extra doen? En maatwerk klinkt misschien mooi, maar is voor een gemeente met 42.000 inwoners soms veel gevraagd. Op dit moment werken we aan de begroting voor volgend jaar. Daarin zullen we moet bekijken wat we kunnen betekenen voor de laagste inkomens. Het probleem wordt voor weel mensen gewoon te groot. We zullen ook moeten kijken of we de doelroep kunnen oprekken tot boven de 120% van het minimuminkomen. Ook veel werkenden kunnen nauwelijks nog rondkomen. Maar die schreeuwen het niet van de daken. Er is veel stille armoede. Het is vaak niet zichtbaar dat mensen hun energienota of huur niet of nauwelijks meer kunnen betalen of kinderen zonder ontbijt de deur uit sturen. Armoede is niet je eigen schuld, iedereen kan het overkomen. Dat zien we nu ook bij de middeninkomens. De beste remedie is gewoon de sociaaldemocratie: de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten.